Als n≥50 wordt het betrouwbaarheidsinterval via de parameter ζ (spreek uit als ‘zeta’) berekend:
ζ=1 2 ln(1 +1 +ρ1 −ρ).
Het betrouwbaarheidsinterval voor ζ is:
Z F−Z 1 −1 /2 α×(n−3 ) −1 /2 <ζ<Z F+Z 1 −1 /2 α×(n−3 ) −1 /2
Het interval voor ζ kan terug getransformeerd worden naar een betrouwbaarheidsinterval voor ρ met behulp van de tabel met Z F-transformaties.