]> t-toets (31/49) · Dr.Stat

nr cijfer 1 cijfer 2
1 3 7
2 4 6
3 5 4
4 4 8
5 2 1
6 5 5
30 4 5

n=30 , X¯ d=1.3 , S d 2 =3.9

t-toets voor één gemiddelde:
T=X¯μS/n

t-toets voor twee gemiddelden:
T=(X¯ 1 X¯ 2 )(μ 1 μ 2 )S g1 /n 1 +1 /n 2

Bij de herkansing van een tentamen worden van 30 aselect gekozen ‘herkansers’ de scores op het eerste en tweede tentamen vergeleken. Het tweede cijfer blijkt gemiddeld 1.3 punten hoger te liggen dan het eerste; de variantie van de verschilscores is 3.9. Getoetst wordt H 0 :μ d=0 tegen H a:μ d>0 .

Bereken T.