]> Toetsen (82/82) · Dr.Stat

In deze module zijn twee belangrijke statistische hypothese-toetsingstheorieën besproken, namelijk de nulhypothese-toetsingsprocedure en de Neyman-Pearson procedure. In beide toetsingstheorie‘n wordt in de statistische hypothesen een bepaalde uitspraak gedaan over de waarde van een populatieparameter. In de nulhypothese-toetsingsprocedure wordt er één hypothese getoetst en in de Neyman-Pearson procedure zijn dit er twee.

Op grond van waarnemingen moet dan een beslissing worden genomen over de houdbaarheid van de hypothese. Een hypothese wordt verworpen indien de waarde van de toetsingsgrootheid in het kritieke gebied valt. Bij de bespreking van de Neyman-Pearson procedure is uitgebreid ingegaan op de kansen op goede en foute belissingen en de relatie tussen steekproefgrootte, onbetrouwbaarheid (α) en het onderscheidingsvermogen van de toets (1 β).

Ga verder met de oefening voor deze les: ‘’.

Ga verder met de volgende les: ‘’.