Deze pagina bevat een afbeelding die niet weergegeven kan worden omdat er geen recente versie van de Flash Plugin aanwezig is. Installeer de Macromedia Flash Player om de afbeelding te kunnen bekijken.
De breedte van het gebied waarin de voorspelde μ zal vallen is dus afhankelijk van de steekproefgrootte. Hoe kleiner het gebied, des te waarschijnlijker wordt het dat je schatting dicht in de buurt van de werkelijke μ zal vallen.
Behalve dus de plek E(X¯) waaromheen X¯ varieert (zuiverheid), is ook de mate waarin X¯ om E(X¯) varieert van belang. Hoe dichter verschillende steekproefgemiddelden X¯ in de buurt van E(X¯) liggen, des te nauwkeuriger is de schatting.
De schatters die je tot nu toe hebt gezien (X¯ en S) zeggen helemaal niets over de nauwkeurigheid. Ze geven slechts een waarde, en zeggen niets over de mate waarin de schatter varieert. Er is méér informatie uit een steekproef te halen, namelijk de mate waarin schatters rond hun verwachte waarde zullen variëren. Om deze informatie ook eenduidig te kunnen weergeven zijn hier speciale maten voor bedacht.