]> Kansvariabelen (8/62) · Dr.Stat

Deze pagina bevat een afbeelding die niet weergegeven kan worden omdat er geen recente versie van de Flash Plugin aanwezig is. Installeer de Macromedia Flash Player om de afbeelding te kunnen bekijken.

Een kansvariabele is een variabele waarvan de waarde wordt bepaald door de uitkomst van een kansexperiment.

Bijvoorbeeld: X = het totaal aantal ogen bij werpen met twee dobbelstenen. Daarbij kunnen verschillende elementaire gebeurtenissen tot verschillende waarden van de variabele leiden:

  • 1 en 4 leidt tot een totaal aantal ogen van 5.
  • 5 en 3 leidt tot een totaal aantal ogen van 8.
  • 2 en 2 leidt tot een totaal aantal ogen van 4.

Maar ook kunnen verschillende elementaire gebeurtenissen een zelfde waarde van de variabele geven:

  • 1 en 4 leidt tot een totaal aantal ogen van 5.
  • 2 en 3 leidt tot een totaal aantal ogen van 5.
  • 3 en 2 leidt tot een totaal aantal ogen van 5.
  • 4 en 1 leidt tot een totaal aantal ogen van 5.

Voor elke waarde van de kansvariabele kun je daarbij berekenen wat de kans is dat die waarde optreedt. De kans op bijvoorbeeld 5 ogen is de kans op de elementaire gebeurtenissen 1–4; 2–3; 3–2 en 4–1. Elke elementaire gebeurtenis heeft een kans van 1/36 om op te treden, dus de kans op 5 ogen is 4/36.

Elke waarde van de kansvariabele heeft een bepaalde kans. Deze kans geeft aan hoe waarschijnlijk het is dat deze waarde optreedt. Bijvoorbeeld, voor het totaal aantal ogen bij een worp met twee dobbelstenen is de kans op 2 ogen 1/36, de kans op 3 ogen 2/36, enz.

Tenslotte leidt het herhalen van het experiment tot een verwachtingswaarde voor de kansvariabele: een gemiddelde van alle mogelijke waarden van de variabele. Bij het werpen met twee dobbelstenen verwacht je na veel worpen een gemiddelde van zeven ogen per worp.