]> Kansvariabelen (57/62) · Dr.Stat

X: het aantal vrouwen in het forum
Y: het aantal personen jonger dan 40 jaar

P(vrouw)=.35 , P(man)=.65
P(<40 jaar)=.30 , P(40 jaar)=.70

X Y 0 1 2 3 4 5 6 P(Y=y i)
0 .01 .03 .04 .03 .01 .00 .00 .12
1 .02 .07 .10 .07 .03 .01 .00 .30
2 .03 .08 .11 .08 .03 .01 .00 .32
3 .02 .05 .06 .05 .02 .00 .00 .19
4 .01 .01 .02 .01 .01 .00 .00 .06
5 .00 .00 .00 .00 .00 .00 .00 .01
6 .00 .00 .00 .00 .00 .00 .00 .00
P(X=x i) .08 .24 .33 .24 .10 .02 .00

Tenslotte kan er nog worden gerekend met voorwaardelijke kansen. Dat is de kans op een bepaald aantal vrouwen, terwijl het aantal personen onder de 40 al bepaald is (of omgekeerd de kans op een bepaald aantal personen onder de 40 terwijl het aantal vrouwen al bepaald is ). Iets formeler: P(X=x i) onder voorwaarde dat Y=y j. Formeel wordt dit genoteerd als P(X=x iY=y j).

Het rekenen met voorwaardelijke kansen wordt weer uitgelegd aan de hand van de onafhankelijke stochasten X en Y. Als bijvoorbeeld de kans bepaald moet worden op twee vrouwen onder voorwaarde dat er drie personen jonger dan 40 jaar in het forum zitten (P(X=2 Y=3 )), dan kan deze kans bepaald worden door alleen naar de rij Y=3 te kijken. De voorwaardelijke kans op X=2 onder voorwaarde van Y=3 is nu te berekenen als de relatieve kans op X=2 binnen de rij Y=3 . Om de relatieve kans te bepalen moet de cel P(X=2 Y=3 ) met de kans op de hele de rij vergeleken worden. In formule: P(X=2 Y=3 )P(Y=3 )=.06 .19 =.32

Wat is de kans op 4 vrouwen op voorwaarde dat er 2 personen onder de 40 jaar in het panel zitten: P(X=4 Y=2 )?