Deze pagina bevat een afbeelding die niet weergegeven kan worden omdat er geen recente versie van de Flash Plugin aanwezig is. Installeer de Macromedia Flash Player om de afbeelding te kunnen bekijken.
Er kunnen verschillende redenen zijn waarom men voor de rcc kiest in plaats van voor de pmcc:
- indien een variabele op een ordinale schaal is gemeten of indien je twijfelt aan het interval-karakter van een variabele.
- het verband is van een streng monotoon type, bijvoorbeeld eerder curvilineair dan lineair van aard.
- er is sprake van uitbijters. De rcc is veel minder gevoelig voor uitbijters dan de pmcc omdat bij de rcc scores vervangen worden door rangnummers
Volgens de tweede reden is de rcc van toepassing indien het verband tussen de variabelen van een streng monotoon type is. Monotone relaties kunnen zowel stijgend als dalend zijn. Monotoon stijgend betekent voortdurend stijgend. Monotoon dalend betekent voordurend dalend. Monotoon is onafhankelijk van de vorm van de lijn. Een rechte stijgende lijn is monotoon, maar een niet rechte, bijvoorbeeld een wortelfunctie, kan dat ook zijn. In de figuur staan enkele voorbeelden van monotoon stijgende functies. Zoals je kunt zien, stijgen de lijnen op elk punt in de grafiek. Dat is het kenmerk van monotoon stijgende functies.
