PvdA | VVD | D66 | Totaal | |
---|---|---|---|---|
AD | 32 | 53 | 67 | |
NRC | 49 | 42 | 55 | |
Parool | 59 | 64 | 69 | |
Telegraaf | 70 | 41 | 45 | |
Trouw | 43 | 55 | 52 | |
Volkskrant | 47 | 57 | 72 | |
Som | 300 | 312 | 360 | 972 |
Gemiddelde | 50 | 52 | 60 | 54 |
Aantal cases | 6 | 6 | 6 | 18 |
In verkiezingsperioden wordt er in de media veel aandacht besteed aan het reilen en zeilen van politieke partijen. Stel dat er onderzoek gedaan is naar de mate waarin negatief geschreven wordt in kranten over de drie regeringspartijen. Van 6 landelijke dagbladen (Het Algemeen Dagblad, NRC, Het Parool, De Telegraaf, De Trouw en De Volkskrant) is bekeken wat zij over de partijen schrijven. Berekend is hoeveel % van de aandacht negatief is. Hiernaast staan de resultaten.
Bestaat er een significant verschil (bij een significantieniveau van 5 %) in het percentage negatieve berichtgeving tussen de drie partijen?
NB. Eindresultaat afronden op twee decimalen.
Om de nulhypothese, "Er bestaat geen verschil in percentage negatieve berichtgeving tussen de drie regeringspartijen"., te toetsen hebben we de F-waarde nodig. Deze is: