We berekenen nu de helft van het aantal unlike orders waarvoor geldt, dat de tweede persoon uit het paar op de variabele Wiskundige Voorkennis een lagere en op de variabele Tentamencijfer M&T een hoger cijfer heeft dan de eerste persoon uit het paar.
Uitgangspunt |
Unlike orders |
Aantal |
b |
d,g |
60 ×(40 +25 ) |
= |
3900 |
c |
d,e,g,h |
45 ×(40 +159 +25 +65 ) |
= |
13005 |
e |
g |
159 ×25 |
= |
3975 |
f |
|
|
|
|
Hoeveel unlike orders zijn er voor cel f?
Nee, dat klopt niet. Ga eerst na welke cellen met cel f de gevraagde unlike orders vormen. Vermenigvuldig vervolgens de celfrequentie van f met de som van de celfrequenties van die cellen. Bedenk dat nog een andere cel dan g een unlike order vormt met f.
Nee, dat is niet correct. Ga eerst na welke cellen met cel f de gevraagde unlike orders vormen. Vermenigvuldig vervolgens de celfrequentie van f met de som van de celfrequenties van die cellen. Bedenk dat nog een andere cel dan h een unlike order vormt met f.
Juist! Cellen g en h vormen unlike orders met cel f. Het aantal unlike orders voor cel f is dan ook 90 ×(25 +65 )=8100 .
Nee, dat klopt niet. Ga eerst na welke cellen met cel f de gevraagde unlike orders vormen. Vermenigvuldig vervolgens de celfrequentie van f met de som van de celfrequenties van die cellen. Cellen a en b vormen like orders met cel f.