De volgende cel die we gaan bekijken is cel g. Het is de bedoeling dat je nu aangeeft voor welke cellen geldt dat de personen uit die cellen een unlike-ordered pair vormen met de personen uit cel g, waarbij geldt, dat de personen uit cel g telkens op variabele X een hogere en op variabele Y een lagere waarde hebben.
Met welke cellen vormt cel g een unlike-ordered pair?
Dat is onjuist. We zijn op zoek naar cellen met personen die op variabele X een hogere en op variabele Y een lagere waarde hebben dan de personen in cel g. De personen uit de cellen a en b vormen like-ordered pairs met de personen uit cel g: ze hebben op beide variabelen een lagere waarde dan de personen uit cel g. Probeer het nogmaals.
Dat is niet juist. We zijn op zoek naar cellen met personen die op de variabele X een hogere en op de variabele Y een lagere waarde hebben dan de personen in cel g. De personen uit de cellen c en k vormen ties met de personen uit cel g. Ze zijn namelijk op de variabele X niet te ordenen (ze hebben dezelfde score op deze variabele). Probeer het nogmaals.
Dat is juist. Met deze cel vormt cel g een unlike-ordered pair: deze cel heeft op variabele X een hogere en op variabele Y een lagere waarde.
Dat is niet juist. We zijn op zoek naar cellen met personen die op de variabele X een hogere en op de variabele Y een lagere waarde hebben dan de personen in cel g. De personen uit de cellen e,f en h vormen ties met de personen uit cel g. Ze zijn namelijk op de variabele Y niet te ordenen (ze hebben dezelfde score op deze variabele). Probeer het nogmaals.
Dat is niet juist. We zijn op zoek naar cellen met personen die op de variabele X een hogere waarde en op de variabele Y een lagere waarde hebben dan de personen uit cel g. De personen in de cellen i en j hebben op de variabele X een lagere en op de variabele Y een hogere waarde dan de personen uit cel g. Probeer het nogmaals.
Dat is niet juist. We zijn op zoek naar cellen met personen die op de variabele X een lagere en op de variabele Y een hogere waarde hebben dan de personen in cel g. De personen uit cel g vormen ties met elkaar. Ze zijn namelijk op beide variabelen niet te rangschikken. Probeer het nogmaals.
Dat is onjuist. We zijn op zoek naar cellen met personen die op variabele X een lagere en op variabele Y een hogere waarde hebben dan de personen in cel g. De personen uit cel l vormen like-ordered pairs met de personen uit cel g: ze hebben op beide variabele een hogere waarde dan de personen in cel g. Probeer het nogmaals.