Deze pagina bevat een afbeelding die niet weergegeven kan worden omdat er geen recente versie van de Flash Plugin aanwezig is. Installeer de Macromedia Flash Player om de afbeelding te kunnen bekijken.
Je weet nu, als het goed is, wat een frequentieverdeling is en wat relatief, procentueel en cumulatief betekent. In het voorbeeld (kopjes koffie) was er steeds sprake van één variabele. Maar het is ook mogelijk om frequentieverdelingen te maken, waarbij steeds naar meer variabelen tegelijk wordt gekeken. Je krijgt nu een voorbeeld te zien waarbij een verdeling wordt gemaakt op twee variabelen.
Stel dat we een frequentieverdeling willen maken op grond van twee variabelen, te weten ‘schooltype’ en ‘uitgaan’. We vragen aan een aantal scholieren op wat voor school ze zitten en of ze in het weekend gaan stappen. De verschillende schooltypen die blijken voor te komen zijn VMBO, HAVO en VWO. De vraag over uitgaan wordt beantwoord met ‘nooit’, ‘soms’ of ‘altijd’.
Net als bij het maken van een frequentieverdeling op één variabele is de eerste stap voor het maken van een tabel het noteren van de mogelijke waarden die gevonden kunnen worden. Omdat we twee variabelen hebben gemeten zijn er verschillende combinaties van uitkomsten mogelijk, bijvoorbeeld VMBO & ‘altijd uit’, HAVO & ‘altijd uit’, VMBO & ‘nooit uit’ etc.